Die bedoeling

Die doel was om 'n nuwe groep antikoagulante suksesvol en versigtig bekend te stel (NOAC's) vir beroerte voorkoming (serebrale infarksies) by pasiënte met boezemfibrilleren (tipe aritmie waarin die hart onreëlmatig en gewoonlik vinniger klop), sodat onsekerhede oor die veiligheid van die gebruik van hierdie middels in die daaglikse praktyk uit die weg geruim kan word. Daar was ook 'n behoefte om die koste-effektiwiteit van hierdie middels te ondersoek in vergelyking met die 'bestaande' antistolmiddelbehandeling van boezemfibrilleren in Nederland deur gebruik te maak van vitamien K-antagoniste met gepaardgaande INR-kontroles via 'n trombosediens..

 

Die benadering

Ten tyde van die bekendstelling van NOAC's vir die voorkoming van beroerte by pasiënte met nie-valvulêre boezemfibrilleren (NVAF) in Nederland aan die einde 2012 werd op verzoek van het Ministerie van Volksgezondheid een leidraad opgesteld met adviezen betreffende de geleidelijke en veilige introductie van de NOAC’s. De belangrijkste redenen hiervoor waren de betere organisatie van de trombosezorg in ons land in vergelijking met andere Westerse landen en de mogelijk hogere kosten van behandeling met een NOAC. Deze leidraad werd opgesteld door vertegenwoordigers van de direct betrokken wetenschappelijke verenigingen (NVVC, NIV, NVN, NOV, VAL/NVKC, NVZA/KNMP). Het belang van het volgen van de leidraad en te zorgen voor een voorzichtige introductie werd destijds door het bestuur van de Nederlandse Vereniging Voor Cardiologie benadrukt. Tevens werd, op verzoek van de overheid, een onderzoekscommissie samengesteld om het gevraagde onderzoek uit te voeren naar veiligheid en kosteneffectiviteit van deze middelen in de dagelijkse praktijk. Hiervoor is aanvankelijk een pilot-studie uitgevoerd met de VEKTIS claimdatabase (verzekerdengegevens), waarbij patiënten behandeld met orale antistolling voor de indicatie NVAF werden geïdentificeerd. Deze verzekerdengegevens bleken onvoldoende (patiënt)informatie te bevatten om de gestelde vragen te kunnen beantwoorden. Vervolgens werd een nieuw onderzoek uitgedacht om meer patiëntgerelateerde data uit de dagelijkse praktijk te kunnen verzamelen. Medio februari 2016 is bij ZonMw het definitieve plan voor een ‘nationale registratie van antistolling voor NVAF: Dutch AF Registry’ ingediend en dit omvangrijke project zal naar verwachting nog dit jaar gaan starten.

 

Die resultaat

Afwijkend van andere introducties was het opstellen van een leidraad én aanvullend onderzoek voor te stellen, specifiek voor de Nederlandse situatie. De onzekerheid en discussie die dit aanwakkerde leidde tot veel (deels onnodige en onterechte) negatieve publiciteit rondom NOACs en discussies onder de behandelaars (cardiologen, internisten, neurologen, huisartsen én trombosdienst). Het leidde tot een minder snelle marktintroductie dan verwacht, waar niet alleen de fabrikanten van de NOAC’s maar ook patiëntenverenigingen ontevreden waren: Waar blijft de patiënt zelf in dit verhaal?

 

Die lesse

Er waren vele partijen betrokken bij de introductie van de NOAC´s, deels met tegenstrijdige belangen. Die belangrikheid van die pasiënt het in hierdie spanningsveld ietwat op die agtergrond vervaag, terwyl dit die voortgesette basis moes gewees het vir 'n noukeurige bekendstelling onder die gesamentlike verantwoordelikheid van die verskillende partye. Dit sou heel waarskynlik tot minder oproer gelei het en kon vrae oor die veiligheid en kostedoeltreffendheid van die NOAC's gouer beantwoord het., specifiek voor de Nederlandse situatie. Hans van Laarhoven (verteenwoordiger van die pasiëntvereniging Hart&Vaatgroep) het dit pragtig gesê: "Dit sal argumenteer vir 'n algemene openbare induksieprosedure."