MOA is een expertise centrum voor marktonderzoek, onderzoek en analytics. Wij spraken met Wim van Sloten, directeur van de MOA en Berend Jan Bielderman, voorzitter van de MOA Profgroep Healthcare over de samenwerking tussen MOA en het Instituut voor Briljante Mislukkingen en de belangrijke rol van onderzoek voor innovatie en het creëren van impact in de zorg.

Over MOA

De MOA Profgroep Healthcare houdt zich bezig met alle activiteiten op gebied van marktonderzoek, digital analytics en het verkrijgen van inzichten in de zorg. Hier bij gaat het niet alleen om nieuw uit te voeren onderzoek, maar ook om het inzetten van bestaande data voor het verbeteren van de kwaliteit van de zorg. Dit doet de MOA voor onderzoeksbureaus, zorginstellingen en farmaceutische ondernemingen.

“Ziekenhuizen hebben veel data, maar hebben moeite om de data te vertalen naar inzichten en deze te gebruiken voor beleidsvorming.”

 

De samenwerking tussen MOA en het Instituut voor Briljante Mislukkingen

Waar het instituut zich bezig houdt met het delen van Briljante Mislukkingen en het toegankelijk maken van de bijbehorende lessen zit MOA op het voorkomen van (Briljante) Mislukkingen. Dit doet MOA door voorafgaand, tijdens en achteraf bij innovatieprojecten, productontwikkeling of (zorg) marketing bij deze zorgaanbieders te stimuleren en te ondersteunen in het gebruik van data of het doen van onderzoek.

“Ik ben van mening dat er te weinig wordt gekeken naar relevante beschikbare informatie en data. En er te snel beslissingen worden genomen zonder feitelijke onderbouwing. We zien dit ook terug in een aantal Briljante Mislukkingen, zaken die voorkomen hadden kunnen worden met gedegen vooronderzoek.”

Van innovatie voor de patiënt naar innovatie vanuit de patiënt

Zorginnovaties worden nu min of meer opgestart vanuit aanbodsgedachte: een proces of behandeling moet beter of efficiënter. De patiënt wordt hier nog te weinig bij betrokken. De MOA Profgroep Healthcare maakt zich hard voor het betrekken van patiënten bij innovaties vanaf het eerste moment. Oftewel we moeten af van innovaties ontwikkelen voor de patiënt naar ontwikkeling mét de patiënt.

“Zorg moet leiden tot waardevolle verbetering van het leven van de patiënt. Als zorg hiertoe niet leidt verliest de zorg haar waarde.”

De MOA Profgroep Healthcare ziet een positieve ontwikkeling.  Er is steeds meer aandacht voor patiëntervaringsonderzoek. In eerste instantie werd het inwinnen van ervaringen van patiënten afgedwongen door de Inspectie en zorgverzekeraars als verantwoording voor het leveren van goede zorg. Nu verkeren we in een fase waarin er meer wordt geluisterd naar de ervaringen van patiënten, maar deze nog heel kwantitatief worden gemeten. Met als voornaamste doel nog steeds verantwoording van de kwaliteit van de zorg, o.a. voor de zorgverzekeraars. Langzaam gaan we toe naar een situatie waarin de ervaringen van patiënten echt gebruikt gaan worden voor de verbetering van zorg. Deze omslag vraagt om het aanpassen van de huidige onderzoeksmethoden. Technieken waarbij de uitsluitend kwantitatieve insteek wordt losgelaten en worden vervangen door methoden die meer gericht zijn op kwalitatieve, open vormen van onderzoek, waarbij patiënten echt het woord krijgen en we inzicht krijgen in de belevingswereld van patiënten. De uitdaging hierbij is het analyseren van de grote aantallen verhalen van patiënten.

“Ik heb zelf een patiëntgerichtheidsonderzoek gedaan in 27 ziekenhuizen met zo’n 2600 verhalen. Een belangrijke bevinding was dat de manier waarop patiënten bejegend worden erg belangrijk voor hen is. Dan hebben we het over het afstemmen van taalgebruik op het kennisniveau van de patiënt, maar ook over een respectvolle benadering die rekening houdt met de bijzondere omstandigheden waarin de patiënt zich bevindt. Niet alleen van de zorgprofessionals maar ook door ondersteunend personeel, zoals  bijvoorbeeld een receptionist aan de balie.” 

 

Nog te weinig impact van innovatie en gebruik van inzichten en data in de zorg

Er is een grote behoefte aan zorginnovaties als gevolg van toenemende complexiteit door personeelstekorten en vraag naar betere oplossingen voor bijvoorbeeld thuiszorg en medische zorg op afstand. Desondanks landen zorginnovaties slecht en lukt het vaak niet om deze goed door te voeren. Dat heeft onder meer te maken met de inerte cultuur binnen zorginstellingen die sterk procesgericht is. En het meestal ontbreken van of lang moeten wachten op financiering van innovaties door zorgverzekeraars.

 MOA ziet dat er (te) weinig impact is van data en onderzoek op het verbeteren van de zorg door ziekenhuizen. En denken dat hier nog veel te verbeteren valt. Er wordt een treffende vergelijking gemaakt tussen bedrijven die allemaal ruim investeren in onderzoek, een onderzoeksafdeling met toegewijde onderzoekers, en met behulp van data analyse de klant beter van dienst te kunnen zijn. Zoals webshops die data gebruiken om producten zo snel en makkelijk mogelijk bij de klant te krijgen. Ziekenhuizen gebruiken onderzoek en data nog minimaal voor verbetering van de klantbeleving.

“Soms moeten mensen wel twee maanden wachten op een MRI. Ik weet zeker als je goed met data omgaat, je een planning had kunnen maken en de bezetting hierop had af kunnen stemmen. Twee maanden op een bankstel wachten is tegenwoordig ondenkbaar, maar 2 maanden wachten op een MRI wordt geaccepteerd.”

Het gebrek aan financiering en korte-termijn visie belemmeren innovatie

Als oorzaak voor de trage implementatie van innovaties in de zorg worden drie factoren genoemd. Ten eerste zijn er financieringsstromen nodig. Iemand moet de innovatie betalen. De zorgverzekeraar wil vaak eerst een aantoonbaar effect zien en de uitvoerder, de ziekenhuizen, hebben vaak geen geld om innovaties te implementeren. Ziekenhuizen zien vaak ook niet de directe opbrengst van een innovatie. Hoe meer verrichtingen er uitgevoerd worden hoe groter de inkomsten zijn. Een innovatie die de zorg efficiënter maakt of kwalitatief beter voor de patiënt, is voor een ziekenhuis niet zichtbaar in de portemonnee. Soms leidt het zelfs tot minder inkomsten, doordat patiënten minder vaak terug hoeven te komen of met één ingreep al geholpen zijn in plaats van meerdere.

Als tweede oorzaak wordt de huidige cultuur in de zorg en ziekenhuizen genoemd. Er wordt veel ad hoc gewerkt en soms ontbreekt het aan een lange termijn visie. Om een lange termijn visie te ontwikkelen is er zicht nodig op de ontwikkelingen en de toekomst. Dit inzicht kan gehaald worden uit onderzoek.

 “Het begint met een goede trendanalyse en het ontwikkelen van een visie. Daarnaast moet je het management mee hebben. Voor een succesvolle implementatie van innovatie en verandering is het van belang dat het management vroeg wordt betrokken in het proces. Het management moet randvoorwaarden scheppen waaronder onderzoekers, behandelaars en patiënten goed kunnen functioneren. Als zij het belang van verandering op het gebied van onderzoek en innovatie niet inzien, dan gaat er niks veranderen.”

MOA maakt de gezondheidszorg bewust van belang van onderzoek en ondersteund en begeleid de uitvoer

De MOA ziet het als een van de taken om de samenleving bewust te maken van het belang van onderzoek. Bewustwording in de noodzaak om inzicht te krijgen in waar de zorg zich naar toe aan het ontwikkelen is en waar mogelijkheden liggen voor verbetering.

“Ons doel is de zorg bekend maken met onderzoek, dit stimuleren en hierin ondersteunen.”

Als voorbeeld wordt de AVG genoemd. De MOA helpt ziekenhuizen in wat er wel en niet mag volgens de AVG als het gaat om het verzamelen van patiëntenervaringen.

De lege plek aan tafel is een veel voorkomend patroon binnen onderzoek en innovatie

Bij de ontwikkeling van innovaties en onderzoek wordt, zoals eerder aangestipt, de patiënt te weinig betrokken. Veel oplossingen worden voor de patiënt bedacht in plaats samen met of vanuit de patiënt. Idealiter wordt er eerst gesproken met de patiënten en daarna met behandelaars.